Het verblijf in Parijs bood onvoorstelbaar veel mogelijkheden, zoals de Sorbonne, laboratoria, filosofen (Serres, Deleuze), concerten, wiskundigen (Thom), passanten (Kripke, Sloterdijk) en idiots savants met hun thèse onder de arm.
In het klein (en overzichtelijker) is er de Cité internationale universitaire. Deze bestaat uit een veertigtal maisons, die wisselend logement bieden aan 50 tot 250 bezoekers, Maison du Brésil, Maison du Cambodge, Maison de l’Italie, enz. Er zijn restaurants (van petit-déjeuner tot diner dansant), sportfaciliteiten, muziek- en filmzalen, en absoluut noodzakelijk een bibliotheek (24/7). Dit alles in een parkachtige omgeving, heerlijk.
De entourage was voldoende stimulerend om deel te nemen aan het culturele tijdschrift voor de Cité. Eerder al had ik redactionele ervaring opgedaan met literaire tijdschriften (kopij, lay-out, acquisitie) en voordien gewerkt bij een uitgeverij.
Samen met een stel internationale enthousiastelingen is de inhoud vormgegeven. We maakten reportages en recensies, zorgden voor illustraties en hielden interviews met prominenten. Een van mijn bijdrages is een histoire d’amour gesitueerd in enkele maisons op de Cité.